Back

De consensus binnen de EU geeft de transitie naar emissieloze mobiliteit een nieuwe wending

Een voorlopige overeenkomst tussen de wetgevende instanties van de EU in maart van dit jaar strekt tot uitbreiding van de laadinfrastructuur voor schone voertuigen. Deze ontwikkeling maakt de weg vrij voor een aanzienlijk ruimere toepassing van emissieloze voertuigen in de Europese Unie. In lijn met deze consensus worden tegen 2026 langs de belangrijkste verkeersaders in de EU laadstations voor elektrische auto's aangelegd. De voorlopige overeenkomst bevat een herzieningsclausule om de wetgeving te kunnen toetsen met het oog op technologische en marktontwikkelingen op het gebied van zware bedrijfsvoertuigen.

Zo krijgt elke EU-lidstaat een criterium opgelegd voor de minimaal aan te leggen infrastructuur. Deze verplichting houdt in dat er een gedetailleerd plan aan de Europese Commissie moet worden voorgelegd met de stappen en strategieën die nodig zijn om dit doel te bereiken. Ismail Ertug, een prominente hoofdonderhandelaar voor het Europees Parlement, wijst erop dat de nieuwe voorschriften de uitbreiding van de infrastructuur voor alternatieve brandstoffen faciliteren en de drempel voor het gebruiken en opladen van de nieuwste generatie voertuigen kunnen wegnemen. Deze regels beogen het gebruik net zo moeiteloos en gemakkelijk te maken als dat van traditionele benzinevoertuigen.

Men gaat ervan uit dat deze verandering niet alleen de duurzame mobiliteit zal bevorderen, maar ook van doorslaggevende betekenis zal zijn voor een ruimere beschikbaarheid van handige openbare oplaadmogelijkheden en vooral ook betaaloplossingen.

De consensus heeft al veel positieve reacties opgeleverd en wordt door velen gezien als drijvende kracht die duurzame veranderingen in de sector teweeg kan brengen. Maar voor dit wettelijk bindend wordt, moet eerst nog een laatste horde worden genomen: van beide betrokken instanties is formele goedkeuring nodig.