Back

Een klein maar essentieel onderdeel: de autoproductie stokt door het tekort aan microchips

Thumbnail

Een auto zonder microchips is als een vogel zonder vleugels: hij blijft staan waar hij staat. Deze nietige halfgeleiders zijn onmisbaar voor tal van apparaten en functies in de auto, zoals touchscreens of rijhulpmiddelen als noodremsystemen, airbags en parkeersensoren. In elektrische auto’s zitten nog veel meer chips.

Covid-19 heeft het leven in veel opzichten overhoop gegooid en is ook voor deze crisis verantwoordelijk. Toen iedereen thuis opgesloten zat, ging de verkoop van chips voor consumentenelektronica en draadloze communicatie door het dak. Chipfabrikanten konden de vraag uit andere sectoren daardoor niet meer bijbenen. Naarmate de pandemie voortduurde zijn mondiale leveranciers als Sony en Intel gaan investeren in nieuwe productielocaties voor chips, maar dat is een lang en duur proces.

Sommige autofabrikanten gaan ervan uit dat vraag en aanbod pas ergens in 2023 of zelfs 2024 weer gelijk gaan lopen. De hoop op een spoedig herstel van de autosector is daarmee vervlogen. De autoverkoop zakt steeds verder in en sommige merken gaan ertoe over apparatuur waarvoor chips nodig zijn, meestal infotainment- en audiosystemen, te schrappen in een poging om de productie en verkoop aan de gang te houden.

Door het conflict in Oost-Europa is bovendien de stroom van kabelbomen uit Oekraïne opgedroogd, wat de neerwaartse spiraal verder versterkt.